We besparen er het snelst op, terwijl we het zo hard nodig hebben: tijd om alleen te zijn. Met anderen zijn kost energie. Niet alleen omdat ze tegen je praten of iets van je vragen, ook omdat we geneigd zijn ons bezig te houden met de gedachten en emoties van anderen.
Alleen-tijd is namelijk bijzonder belangrijk voor een gezonde dosis zelfinzicht. Wie alleen kan zijn, werkt daarmee aan een stabiele identiteit. Het vermogen om alleen te zijn, is dan ook een teken van emotionele volwassenheid.
Het brein heeft ‘suddertijd’ nodig. Door je gedachten dan de vrije loop te laten, schep je ruimte voor kritisch nadenken over je eigen gedachten. En dat kan zinnige nieuwe ideeën over jezelf opleveren. In je eentje krijgen je hersenen ruimte voor het herordeningsproces dat in creativiteitstheorieën ‘incubatietijd’ wordt genoemd. Gedachten, ideeën en ervaringen kunnen “sudderen”.
Zonder dat je daar nu zo actief mee bezig bent, werk je toe naar het moment waarop je de oplossing voor een probleem vindt of tot een nieuw idee komt. Beethoven, Descartes en Newton, die het merendeel van hun leven alleen doorbrachten, wisten daar alles van… Ga ook eens solo!