WAAROM VERLOOPT GEWICHTSVERLIES MOEIZAMER DAN GEWENST

Het is onze taak als diëtist om onze cliënten te helpen deze obstakels te identificeren en hen te voorzien van de nodige kennis, vaardigheden en ondersteuning om succesvol gewicht te verliezen bij overgewicht/obesitas én een gezonde levensstijl te behouden.

Hierbij enkele belangrijke redenen waarom gewichtsverlies soms moeizamer verloopt dan wel gewenst:

  1. Te weinig eiwitten in de voeding: Eiwitten zijn essentieel voor het behoud van spiermassa en het stimuleren van het metabolisme. Wanneer te weinig eiwitten worden gegeten, kan dit leiden tot spierverlies en een trager metabolisme, waardoor het moeilijker wordt om gewicht te verliezen.
  2. Meer dan 3 keer per dag eten: Tussendoortjes, vooral die rijk zijn aan koolhydraten of suikers, leiden tot frequente pieken in de bloedsuikerspiegel, wat op zijn beurt resulteert in pieken in de insulinespiegels. Het frequent eten van tussendoortjes zal het lichaam in een staat van voortdurende insulineproductie houden, wat zal bijdragen aan een verhoogde vetopslag.
  3. Meer eten dan verbruiken: Het is essentieel een negatieve caloriebalans  te behouden om gewicht te verliezen. Als er meer calorieën worden consumeert dan wel verbruikt, zal dit natuurlijk ook resulteren in gewichtstoename, zelfs bij enkel gezonde voedingsmiddelen.
  4. Te weinig vezels: Vezelrijke voedingsmiddelen helpen bij het bevorderen van een verzadigd gevoel en het reguleren van de spijsvertering. Wanneer cliënten te weinig vezels eten, kunnen ze zich minder voldaan voelen na de maaltijd en sneller hunkeren naar ongezonde voedingsmiddelen, wat het vermogen om gewicht te verliezen zal belemmeren.
  5. Onvoldoende slaap: Slaaptekort leidt tot veranderingen in hormoonspiegels die hongergevoelens en verlangens naar calorierijk voedsel kunnen verhogen. Cliënten dienen te streven naar voldoende slaap om hun gewichtsverliesdoelen te ondersteunen.
  6. Terugval in oude patronen: Het is niet ongebruikelijk voor cliënten om terug te vallen in oude eetgewoonten vooral tijdens stressvolle periodes of na het behalen van tijdelijke resultaten. Wij helpen onze cliënten bij het ontwikkelen van langetermijnstrategieën voor gedragsverandering en hen te ondersteunen bij het navigeren door uitdagende situaties. Nauwe opvolging (zeker bij opstart) is daarom ook zeker aangewezen.
  7. Toename van spiermassa: Hoewel gewichtsverlies (te) vaak geassocieerd wordt met verlies van vetmassa, kan het toenemen van spiermassa het getal op de weegschaal beïnvloeden, zelfs als de lichaamssamenstelling verbetert. Het is belangrijk zich niet enkel te richten op de weegschaal, maar vooral  op andere metingen van gezondheid en welzijn, zoals lichaamssamenstelling (zie BIVA-meting) en het energieniveau.